AI Godfather Jann LeCun die als eerste hielp de taalmodellen voor AI te ontwikkelen, neemt ontslag bij Meta. Hij gelooft niet in de superintelligentie van taalmodellen die de mensheid voorbij zouden gaan streven. ‘Zelfs een huiskat heeft meer echt begrip van de wereld’.
Bron: FD
Laten we eens wat aan spijkerharde wetenschapsfilosofie doen ivm het absurde geloof in AI/ACI van de tech-Jehova’s en huiver!
AI Artificial Intelligence
Mijn punt is: mensen zijn geen logische wezens, maar vaten vol tegengestelde opvattingen en gevoelens. De moderne neurologie spreekt van emotionele intelligentie. We zitten helemaal niet uitsluitend rationeel in elkaar!
AI kan dus wel de vloed aan informatie in de wereld proberen te coveren met supergrote rekenkundige datacenters, het zal altijd gaan om het verzamelen van een enorme berg talige ‘stront’ en geen echt betrouwbare kennis.
Echte, dwz ware kennis wordt opgebouwd adhv menselijke, c.q. echte intelligentie. Wetenschappelijk verantwoord en met maximale kennis van zaken, dankzij geobjectiveerde systematische documentatie (middels o.a. fact checking). Natuurlijk kan AI een en ander wiskundig proberen zo goed mogelijk te filteren, maar echt volledig kloppen doet het dan nog steeds niet en nooit. Willekeur en de grootste gemene deler liggen hier op de loer. Hoe AI deze fundamentele onzekerheidsgraad van de juistheid van haar zoekresultaten zal weten te tackelen blijft vooralsnog een groot raadsel.
AGI Artificial General Intelligence
Hoeveel rekenkracht je ook ontwikkelt, mensen zitten als geniaal neuraal netwerk totaal anders in elkaar. Nerds begrijpen niet wat ware wetenschap inhoudt. Systematisch denken, d.w.z. tegendenken veronderstelt een heel ander soort denkkracht, waarbij het ONverwachte een essentiële rol speelt. Computers zijn en worden vooralsnog niet en nooit werkelijk creatief.
Zelfs als je rekenkundig maximaal data analyseert van wat er allemaal aan kennis is, kom je een heel eind maar niet en nooit echt verder dan het categoriseren van wat al bestaat. Vraag je naar meer? Computers slaan op hol en gaan hallucineren als een malle!
Kritische stemmen rondom AGI worden steevast gemarginaliseerd binnen de informatica. Intussen valt het allengs implementeren van AI in bv. bedrijven vies tegen.
Duidelijk is hoe dan ook dat er flink wat gebakken lucht rond deze giga hype hangt…een veeg teken.
Ps: Dit is wat darling AI er zelf van ‘denkt’:
Mijn vraag:
Welke niet-bèta vormen van denken moet AI nog zien te leren?”
Dus niet de exacte (bèta) manier van denken, maar juist de andere, meer menselijke en minder formeel-analytische denkstijlen.
Antwoord AI:
Hier zijn de belangrijkste niet-bèta vormen van denken die AI nog onvoldoende beheerst:
1. Narratief denken
Mensen redeneren vaak in verhalen, niet in formules.
AI mist nog:
begrip van narratieve logica (karakters, motieven, spanningsbogen)
het kunnen inschatten van menselijk perspectief
het verwerken van impliciete context in menselijke verhalen.
2. Creatief en divergent denken
Hoewel AI creatief kan lijken, mist het nog:
werkelijk originele idee-generatie
het doorbreken van bestaande patronen
creatief risico nemen
metafoorcreatie die betekenisvol verankerd is in ervaring.
3. Pragmatic awareness / situationeel taalbegrip
Menselijke communicatie hangt af van:
toon
bedoeling
sociale context
non-verbale implicaties
AI worstelt met het subtiel onderscheiden van ironie, ondertoon, indirecte vragen en impliciete boodschappen.
4. Sociaal-emotioneel redeneren
AI kan emoties beschrijven, maar niet echt:
empathisch begrijpen
sociale dynamiek voorspellen in complexe groepen
nuance in morele dilemma’s doorzien
emoties aanvoelen zonder expliciete signalen.
5. Intuïtief holistisch denken
Mensen kunnen vanuit onvolledige gegevens toch een kloppend totaalbeeld vormen.
AI mist nog:
“gut feeling” inductie
globale patroonherkenning zonder overfitting
snel schakelen tussen details en totaalbeeld.
6. Cultureel denken
AI kent veel cultuurfeitjes, maar niet:
diep cultureel ingebedde waarden
lokale betekenislagen
historische gevoeligheden
de dynamiek van culturele identiteiten.
7. Existentiëel / filosofisch denken
AI kan analyseren, maar:
worstelt met open vragen zonder oplossingen
ervaart geen subjectiviteit of existentiële spanning
ontbeert een intern referentiepunt voor zingeving
waardoor het filosofisch denken vooral “extern” blijft.
8. Alledaags gezond verstand
De beroemde “common sense gap”:
AI heeft moeite met:
praktische fysica
impliciete normen in alledaagse situaties
menselijke routines
realistisch oordeelsvermogen buiten data.
9. Doelgeoriënteerd, adaptief handelen
Mensen reageren op onzekerheid en incomplete informatie intuïtief.
AI’s planning wordt snel:
te rigide
te afhankelijk van volledige gegevens
slecht in improvisatie.
Conclusie:
AI heeft nog veel te leren in domeinen die niet bèta zijn:
verhalen, emoties, cultuur, intuïtie, creativiteit en alledaagse wijsheid.
Dat zijn precies de gebieden waar menselijke intelligentie het sterkst is en waar formele logica minder helpt.
Reactie plaatsen
Reacties